Algemeen
De afgelopen jaren is bij de Politie behoefte ontstaan aan executieve politieambtenaren met specialistische of specifieke expertise op verschillende terreinen, bijvoorbeeld digitale waarheidsvinding, financieel-economisch of forensisch sporenonderzoek. De Politie trekt medewerkers die beschikken over deze expertise veelal van buiten de politieorganisatie aan en zet hun specifieke kennis en kunde in op onderdelen van de politietaken.
De opleiding Politiemedewerker Specifieke Inzet bereidt je binnen de politie met specialistische expertise voor op een specifieke inzet binnen verschillende LFNP vakgebieden. Deze opleiding geeft voor elk vakgebied een gemeenschappelijk ‘algemene’ basis. Je bent na het afronden van deze opleiding voldoende startbekwaam voor de bevoegdheden en wordt aangesteld als ambtenaar met algemene opsporingsbevoegdheid. Je bent dan volledig bevoegd, maar wordt slechts specifiek ingezet; je past de bevoegdheden niet in de breedte van basispolitiezorg toe.
Voor wie
De opleiding is bedoeld voor medewerkers die met een specialistische expertise (mbo/hbo geschoold) worden ingezet binnen verschillende LFNP vakgebieden bij de politie. Dit kan beroepsmatig maar ook op vrijwillige basis. Vooralsnog is met het ministerie van J en V en de vakbonden afgesproken dat de executieve aanstelling met een specifieke inzetbaarheid gaat gelden voor de volgende vakgebieden:
- Finec/Cyber specialisten;
- Forensische opsporing specialisten;
- Intelligence specialisten
Operationeel specialismen beperkt zich hierbij voorlopig tot:
• Verdieping in het vakgebied Intelligence of Forensische Opsporing (m.u.v. het werkterrein Speurhondengeleiding);
• Werkterrein Digitale Expertise of Financieel Economisch;
• Werkterrein Recherchepsychologie;
• Werkterrein Milieu;
• Werkterrein Seksuele Misdrijven;
• Werkterrein Maatschappij en Recht;
• Werkterrein Bijzondere Opsporingsmethoden en -technieken.
Voorbeelden van specialismen.
Werkterrein Maatschappij en Recht:
• Culturele antropologie;
• Sociologie;
• (Internationaal) recht;
• Criminologie;
• Dossiervorming.
Werkterrein Bijzondere Opsporingsmethoden en -technieken:
• Werktuigbouw en (fijn) mechanica;
• Installatie- en elektrotechniek;
• Hoogfrequent techniek;
• Augmented en virtual reality.
Andere vakgebieden/functies kunnen in de toekomst aan het nieuwe regime worden toegevoegd. Hierover dient dan overeenstemming te worden bereikt in het CGOP.
Opbouw
Het opleidingstraject bestaat uit vier onderdelen:
- Blok 1: De Nederlandse politie in de samenleving;
- Blok 2: Opsporingsbekwaamheid;
- Blok 3: Gesprekstechnieken;
- Blok 4: Opsporen en bewijsrecht.
Professionele beroepshouding
Naast deze onderwijsblokken wordt in de opleiding aandacht besteed aan professionele beroepshouding en –weerbaarheid waarbij de algemene missie en de kernwaarden van de Nederlandse politie centraal staan. De medewerker specifieke inzet kan tijdens zijn werkzaamheden in aanraking komen met heftige casuïstiek en/of dilemma’s waarbij hij weerbaar moet zijn op fysiek, moreel en mentaal vlak.
Tijdens de opleiding worden een aantal opdrachten uitgevoerd:
- Praktijkonderzoek: Beroepsidentiteit
- Praktijkonderzoek: Opsporing in de eenheid
- Voeren informatieverzamelend gesprek
- Praktijkonderzoek proces-verbaal
- Analyseer getuigen/verdachtenverhoor
De opleiding wordt afgesloten met een tweetal examens:
- Kennistoets PSI
- Vaardigheidstoets: het opmaken van een proces-verbaal van bevindingen
Resultaat
Je ontvangt na succesvolle beëindiging van de opleiding een diploma Politiemedewerker Specifieke Inzet en kunt worden aangesteld als ambtenaar met algemene opsporingsbevoegdheid met specifieke inzet.
Na het afronden van deze kwalificatie ben je in het algemeen voldoende startbekwaam. Echter, voor een bepaald vakgebied of een functie in een vakgebied kan het nodig zijn dat een aanvullende functiegerichte module nodig is voor het startbekwaam zijn voor deze functie. Het moment van startbekwaamheid verschilt derhalve per (functie in een) vakgebied.
Praktische informatie
Code: 1900186.000
Type: Opleiding
Examineringtype: Diploma
Studielast totaal: 408 sbu
Instituut: 138 sbu
Zelfstudie: 270 sbu
Duur: 3-6 maanden
Totaalprijs: niet individueel afneembaar
Toelichting studielast
Deze opleiding beslaat 408 studiebelastingsuren (sbu).
De opleiding wordt grotendeels via Itslearning (digitale leeromgeving) aangeboden. Naast deze zelfstudie zijn er ook online en offline groepsbijeenkomsten met medestudenten en docenten.
Er zijn twee varianten de PSI opleiding: voltijd en deeltijd. De deeltijd variant is speciaal opgezet voor de vrijwillige politie. De deeltijd variant duurt 26 weken.
De voltijd opleiding wordt uitgevoerd in 14 weken. Twee weken voor de start van de opleiding volg je een introductieprogramma in de eenheid.
Tijdens de opleiding zijn er een aantal fysieke contactmomenten. Deze worden via een rooster verstrekt.
Globaal ziet de opleiding er als volgt uit:
PSI voltijd:
- 1 dag school (klassikale bijeenkomst) per week
- 4 dagen zelfstudie per week met online contactmomenten
- 12 weken looptijd
PSI-VP deeltijd :
- 1 dag school (klassikale bijeenkomst) per 14 dagen of 1 avond per week
- rest van de dagen: zelfstudie met online contactmomenten
- 26 weken looptijd
Overige informatie
Tijdens de opleiding maak je gebruik van de digitale leeromgeving van de Politieacademie.
Algemene instroomeisen
Voor een executieve functie met specifieke inzetbaarheid gelden vanaf 1 februari 2023 dezelfde aanstellingseisen als bij executief generiek. Dit betreffen de eisen met betrekking tot de Nederlandse nationaliteit, de minimale leeftijd en het geschiktheidsonderzoek. Zie: artikel 7 van het Barp en in de Regeling aanstellingseisen politie 2023
Daarbij geldt voor het taalonderzoek dat onderdeel uitmaakt van het geschiktheidsonderzoek, dat als de kandidaat (vrijwillige) ambtenaar in opleiding na het voltooien van de PSI wordt geplaatst in een functie waarvoor een hbo of wo werk- en denkniveau geldt, de taalvaardigheid zonder nader onderzoek als voldoende wordt beoordeeld, tenzij het werk- en denkniveau van de kandidaat bedoeld enkel berust op een buitenlands diploma.
Er bestaat echter één uitzondering op de aanstellingseisen ten opzichte van de executief generieke medewerker, te weten de eis met betrekking tot het rijbewijs. Voor het rijbewijs geldt de eis dat alleen als de medewerker met executieve inzetbaarheid voor de uitvoering van de werkzaamheden regelmatig zelfstandig een auto moet besturen, hij bij aanstelling in het bezit moet zijn van het rijbewijs B zonder beperkingen.
De medewerker met specifieke inzetbaarheid voldoet daarnaast ten minste aan het werk- en denkniveau zoals opgenomen in de functiebeschrijving, bedoeld in de Regeling vaststelling LFNP, van de functie waarin de medewerker wordt ingezet.
Vrijstellingen
Lees de algemene informatie over vrijstelling op basis van EVC.