Naar hoofdinhoud

Politieagent GGP

In deze opleiding op niveau 4 word je in twee jaar opgeleid voor het brede politievak. In de opleiding krijg je veel praktijk. Je leert alles over het verlenen van (nood)hulp, handhaven van wetten en het afhandelen van incidenten. Als agent ben je breed inzetbaar en herkenbaar aanwezig op straat. Je draagt bij aan een veilige en leefbare wijk, stad of regio. Je doet een stap vooruit waar anderen een stap achteruitzetten.  

  • Opleidingsvorm: duaal
  • Uitstroomniveau: niveau 4
  • Duur van de opleiding: 2 jaar
  • Waardedocument: diploma
  • Locatie:

    Geen locatie bekend

Praktische informatie

Toelatingseisen

Je bent minimaal achttien jaar als de opleiding start. Daarnaast voldoe je aan een van de onderstaande toelatingsvoorwaarden.  

Je hebt een: 

  • Diploma vmbo gemengde leerweg (GL) of theoretische leerweg (TL).
  • Overgangsbewijs naar 4 havo/vwo.
  • Regulier mbo-diploma niveau 3.
  • Regulier mbo-diploma niveau 4.
  • Certificaat Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) staatsexamen vmbo-GL/TL Nederlandse Taal en Rekenen. Het gaat hierbij om twee certificaten. Een voor het vak Nederlands en een voor het vak Rekenen. Dit is minimaal voor het niveau vmbo-GL/TL. De informatie over de vorm en inhoud van het examen vind je op DUO-vakinformatie vmbo GL-TL.
  • Positief resultaat van een toelatingstoets mbo-4 van NTI of LOI. De toelatingstoets is een jaar geldig. Je mag deze gebruiken voor jouw inschrijving tijdens dit jaar. De kosten voor de toelatingstoets betaal je zelf. Ook vraag je de toets zelf aan. 
  • Rijbewijs B en een half jaar rijervaring voor de start van de Rijopleiding in Q5. Deze maakt deel uit van de opleiding. 

Aanmelden

Werk je nog niet bij de politie en wil je deze opleiding volgen? Kijk dan op kombijdepolitie.nl voor meer informatie. 

Studie-uren

Studie-uren

Politieacademie 2204 uur
Eenheid 1444 uur
Totaal 3648 uur

Dagdeel

dagonderwijs

Opleidingscode

1900231

OER

Dit is de studiegids van deze opleiding (ST-OER). De studiegids is onderdeel van de Onderwijs- en Examenregeling (OER) Politieacademie.

Inhoud

Voor wie is deze opleiding

Wil je graag werken als agent? Dan is deze opleiding iets voor jou. De opleiding staat open voor aspiranten. Je wordt geselecteerd door de politie en toegelaten door de Politieacademie.  

Dit leer je tijdens de opleiding

De opleiding politieagent GGP bestaat uit twee onderdelen: een basisdeel (Q1-Q5) en een GGP specifiek deel (Q6-Q8). 

Tijdens het basisdeel van de opleiding richt je je op het werk in de basispolitiezorg (BPZ). Je handelt incidenten af. En je doet opsporingsonderzoeken. Het gaat om werk dat op je af komt. Je zet hierbij een stap naar voren. Je handhaaft de rechtsorde en verleent hulp.  

Tijdens het GGP specifieke deel richt je je op het werk in de basisteams. Je houdt je bezig met werkzaamheden in de gebiedsgebonden politie. Je leert jouw wijk of gebied kennen. Daarnaast stel je een advies op voor een bepaald probleem in de wijk of het gebied.  

Tijdens het GGP specifieke deel richt je je op het werk in de basisteams. Je houdt je bezig met werkzaamheden in de gebiedsgebonden politie. Je leert jouw wijk of gebied kennen. Daarnaast stel je een advies op voor een bepaald probleem in de wijk of het gebied.  

De opzet van de opleiding

De opleiding volg je door te leren en te werken. Je leert in een kleine groep van acht studenten. Je doet dit voor een deel op de opleiding en voor een deel in de praktijk. Docenten en begeleiders in de praktijk begeleiden je hierbij. De opleiding gebruikt verschillende werkvormen. Je leert via e-learning en virtual reality. Ook leer je via lessen en simulaties. Daarnaast leer je in de praktijk. 

Studiebegeleiding en ondersteuning  

Jouw begeleidingsteam begeleidt je tijdens de opleiding. Dit zijn docenten, een praktijk- en een trajectbegeleider.   

Jouw docententeam is het eerste aanspreekpunt voor de voortgang van jouw studie. En voor jouw persoonlijke groei. De praktijkbegeleider is de politieman of -vrouw met wie je samen de straat op gaat. Vragen over de opleiding stel je aan jouw trajectbegeleider. Hij/zij houdt contact met jouw docenten en begeleiders op de Politieacademie. Loop je tijdens de opleiding tegen problemen aan? De praktijk- en trajectbegeleider helpen je dan verder. Ook zorgen zij voor extra ondersteuning wanneer dat nodig is

Studievoortgang  

Je krijgt aan het eind van het eerste studiejaar schriftelijk een Bindend Studie Advies (BSA). Hierin staat hoe het gaat met jouw studie. Dit kan positief of negatief zijn. Je krijgt uiterlijk na het portfolio-examen Q3 een voorlopig BSA. Je mag verder met de opleiding als het advies positief is. Bij een negatief advies stop je met de opleiding. Het begeleidingsteam kijkt naar jouw voortgang. Ook bekijken ze wat je nodig hebt om dit eerste jaar te halen.  

Toetsing en examinering

Tijdens de opleiding werk je op school en in de praktijk aan opdrachten. Ook werk je aan echte meldingen en incidenten. Je verzamelt hierbij bewijsstukken over jouw leerproces. Je laat hiermee zien welke onderdelen van goed politiewerk je al beheerst.  

De bewijsstukken voeg je samen tot een portfolio. Je levert drie keer een portfolio in voor een examenmoment: 

  • Aan het einde van Q3 (20 studiepunten)
  • Aan het einde van Q5 (30 studiepunten)
  • Aan het einde van Q8 (70 studiepunten)

Voor de examens van Q5 en Q8 voer je een gesprek met twee examinatoren. Dit gaat over jouw ingeleverde portfolio. De examinatoren beoordelen de bewijsstukken en het gesprek. Zij bepalen of je de examenonderdelen nog niet, gedeeltelijk of volledig hebt bewezen. En of je daarmee slaagt voor jouw examen. Je ontvangt jouw politiediploma GGP als je alle examens met een voldoende afrondt. 

Naast de drie portfolio-examens is het nodig dat je verschillende toetsen behaalt. Alle toetsen rond je af met een voldoende resultaat. Hierna mag je pas deelnemen aan de examens.   

Het gaat hierbij om: 

  • Kennis en vaardigheden. Dit staat in de Regeling Toetsing Geweldsbeheersing Politie (RTGP):
    • Twee theorietoetsen in Q3 en Q6. 
    • Toets geweldsbeheersing (NVWD & VWD).
    • Toets aanhoudings- en zelfverdedigingsvaardigheden (AZV).
    • Toets schietvaardigheid.
    • Toets stroomstootwapen.
  • Fysieke vaardigheid. Je laat dit zien met de Fysieke vaardigheidstoets (FVT). Dit staat in de Ministeriële Regeling Fysieke Vaardigheidstoets Politie.
  • Reanimeren. Dit staat in de wet- en regelgeving eerstehulpverlener.
  • Rijvaardigheid. Dit staat in de Brancherichtlijn politie.
Zo ga je studeren

Als student aan de Politieacademie ben je ook werknemer bij de politie. De Politieacademie en de politie zijn beiden verantwoordelijk om jou te laten leren.  

De Politieacademie zorgt voor de inhoud van het onderwijs en voor de examinering. De politie zorgt voor een leerontwikkelplek in de eenheid. Dit betekent een leerwerkplek in een basisteam. Hier zijn politiemedewerkers bezig met toezicht houden, handhaven, incidenten afhandelen en opsporen. 

Evaluatie van de opleiding 

De Politieacademie beoordeelt regelmatig het onderwijs, de begeleiding van studenten en de examens. Het doel is om de opleiding te verbeteren. Studenten kunnen hiervoor een online vragenlijst invullen. De studentenraad geeft advies en feedback. Iedere onderwijslocatie heeft een studentenraad en er is een landelijke studentenraad. Verder is er een opleidingscommissie die twee keer per jaar vergadert. 

Programma

Een leerjaar is onderverdeeld in kwartielen. Dit zijn periodes van twaalf weken. Je bent per week 38 uur bezig met de opleiding. Je hebt dus een dienstverband van 38 uur. Je krijgt ingeplande vrije dagen voor de extra uren die je maakt.  

In de opleiding krijg je zowel school- als praktijkdagen. Tijdens schooldagen leer je onder begeleiding van een docent. Tijdens praktijkdagen krijg je begeleiding van een praktijkbegeleider. Dit zijn de dagen waarop je werkend leert.   

In kwartiel 1 t/m 3 heb je vooral schooldagen. Kwartiel 4 is ook op school. Je hebt dan drie schooldagen en twee praktijkdagen. Vanaf kwartiel 5 t/m 8 ben je op jouw leerontwikkelplek (LOP). In het begin heb je daar nog drie schooldagen per week. In het laatste kwartiel heb je een schooldag. Je hebt dan dus meer praktijkdagen.  

Alles op een rijtje:

  • De kwartielen starten in week 5, 17, 33 en 45.  
  • Week 29 t/m 32 is een verlofperiode. Je hebt dan geen onderwijs.  
  • In week 52 is er geen onderwijs, maar het is geen officiële vakantieweek.  
  • Schooldagen zijn in principe van maandag t/m vrijdag tussen 7.00 en 23.00 uur. 
  • Praktijkdagen kunnen op alle week- en weekenddagen zijn. De praktijkdagen kunnen ook in de nacht zijn. 

In het eerste kwartiel leer je over de politieorganisatie en het onderwijs. Hierna maak je de opdracht ‘Surveilleren in je werkgebied’.  

Kwartiel twee gaat over ‘Optreden veelvoorkomende misdrijven’. En over ‘Optreden in het verkeer’.  

Het derde kwartiel leer je meer over ‘Optreden bij overlast’. En over ‘Optreden bij ernstige misdrijven’. Je bent vooral op de Politieacademie bezig met voorbeelden uit de praktijk, theorie en vaardigheden.  

In kwartiel vier en vijf ben je vooral op jouw leerontwikkelplek in de eenheid. Hier ben je samen met jouw docent en leerteam. Je past dan wat je hebt geleerd toe in de praktijk. Je leert terwijl je aan het werk bent. Je stelt leervragen tijdens de onderwijsdagen op het LOP. Ook maak je praktijkopdrachten.  

Vanaf kwartiel zes werk je aan verschillende verdiepende opdrachten op het gebied van de basis politiezorg. Je voert deze opdrachten ook uit binnen jouw werkgebied. Je verdiept je in diverse onderwerpen zoals jeugd, mensen met onbegrepen gedrag, ondermijning, milieu. Dit zijn onderwerpen die binnen en buiten de politie om aandacht vragen. 

Daarnaast werk je binnen jouw werkgebied in de basispolitiezorg. Dit doe je tijdens de praktijkdagen. Je houdt toezicht en handhaaft. Je handelt incidenten af en je helpt bij opsporingsverzoeken. De kennis en vaardigheden uit het basisdeel van de opleiding komen weer terug in het GGP specifieke deel. Deze activiteiten zijn ook bewijsstukken en neem je op in jouw portfolio.  

Na de opleiding

Resultaat

Na de opleiding ontvang je het diploma Politieagent GGP (NLQF4). Je kunt dan in de praktijk aan het werk bij de politie. Je bent startbekwaam. Daarnaast heb je de juiste beroepshouding voor dit werk. 

Aan het werk

Je begint direct als politieagent in een basisteam. Je staat als politieagent midden in de samenleving. Je hebt alle politiebevoegdheden en mag ook bij bepaalde omstandigheden geweld gebruiken. Dit is een grote verantwoordelijkheid. Je zet een stap naar voren waar anderen een stap terug doen. Je staat dicht bij mensen en je bent toegankelijk. Je neemt beslissingen in een fractie van een seconde. Je schakelt tussen ingrijpen en kalmeren. Maar ook tussen een sprintje en een praatje. Of een arrestatie en een reanimatie.  

Je bent breed inzetbaar op meerdere werkterreinen en in verschillende rollen. Je bent meestal herkenbaar aanwezig op straat. Je helpt bij een veilige en leefbare wijk, stad of regio. Je verleent (nood)hulp en houdt toezicht. Ook handhaaf je de wetten en regels. Daarnaast doe je recherchewerk en handel je incidenten af.  

Verder groeien

Als politieman of -vrouw ontwikkel je je verder in het allround politiewerk. Er zijn veel mogelijkheden. Dit hangt af van jouw ambitie en wat bij je past. Je verdiept je op een werkterrein als jeugd of milieu. Of je gaat bij de recherche of een arrestatieteam aan het werk.  

Neem contact op via kombijdepolitie.nl. Dan kijken we samen wat voor jou mogelijk is bij de politie. 

Video over de Basispolitieopleiding

Niet gevonden wat je zocht?

Deze website van de Politieacademie gebruikt cookies om de website goed te laten werken. En om het gebruik van de website te analyseren. Dit doen we volledig anoniem. Je gaat hiermee akkoord als je op ‘accepteren’ klikt. Klik je op ‘weigeren’? Dan plaatst de website deze cookies niet.

 

Meer informatie over het gebruik van cookies op politieacademie.nl lees je in onze cookieverklaring.