Naar hoofdinhoud

Het saaiste vak van de opleiding

Portret van docent Joke met blauwe achtergrond. Tekst: De blog van Joke

Joke is docent Beroepstaalvaardigheid (BTV) op de Politieacademie in Drachten. Volgens sommige studenten misschien wel ‘het saaiste vak van de opleiding’. Maar Joke vindt taaldocent zijn juist fantastisch. Taal is daarbij voor politiemensen van groot belang. In deze blog vertelt ze er meer over.

‘Mevrouw, het ligt niet aan u. U bent altijd zo vrolijk en enthousiast, maar het is uw vak. Echt het saaiste vak van de opleiding. Moet ik dit echt leren? Waarom? Iedereen begrijpt me zo toch ook wel?’ Dit zijn uitspraken die ik in de jaren dat ik als docent op een mbo-school werkte regelmatig kreeg te horen. Hoe goed en aardig en leuk de jonge zorgspecialisten in opleiding mij dan ook zeiden te vinden. Toch werd ik nooit door hen genomineerd voor de verkiezing van ‘beste docent’. Die werd op de desbetreffende school jaarlijks gehouden. De beste docenten waren namelijk de praktijkdocenten. Mensen met ervaring in het vak. Bij hun lessen mochten de studenten tenminste echt iets doén. In het praktijklokaal, uniformjasje aan, leren injecteren en verbanden leggen. Daar kwamen studenten het liefst voor naar school.

Goh, wat is dit toch moeilijk. Denk je dat ik het ooit ga halen?

‘Het saaiste vak ooit.’ De studenten op de Politieacademie denken het natuurlijk ook, maar uiten het anders. In plaats van witte jasjes zie ik nu stoere politie-uniformen. Iets waar ik eerst best aan wennen moest. Ja, hier mag het uniform de hele dag aan. Ook bij mij in het lokaal. Sterker nog, als ik iemand ‘in burgerkleding’ zie, moet ik diegene naar de kleedkamer sturen om het aan te trekken. De mensen die het dragen stellen zich meteen kwetsbaar op. ‘Ik heb dit al vijftien jaar niet meer gedaan.’ Of: ‘Goh, wat is dit toch moeilijk. Denk je dat ik het ooit ga halen?’ Zelf vind ik mijn vak gelukkig niet saai, integendeel. Op de Politieacademie kwam ik er opnieuw achter dat ik taaldocent zijn fantastisch vind. En taal juist interessant en van groot belang is. Dat laatste is wat ik duidelijk wil maken als docent Beroepstaalvaardigheid.

‘Taal, beroepstaal dus, is volgens mij het belangrijkste onderdeel van je werk als politieagent. Je proces-verbaal kan immers de start zijn van een onderzoek. Uiteindelijk ben je vooral agent op papier’, vertel ik ze. In twee jaar tijd moet je als student uitgroeien tot startbekwaam agent. Dat betekent dat je zelfstandig en samen met je leerteam veel moet doen. Groei aantonen in plaats van cijfers op een cijferlijst behalen. Lessen heten hier dan ook begeleidingsmomenten. De groepen leerteams en deze teams bestaan uit acht personen. In plaats van de tweeëndertig studenten die ik was gewend. Ik sta niet vóór de klas mijn verhaal te verkondigen, maar zit tussen het leerteam in. Ik luister en stel vragen of zoek mee naar antwoorden.

Uitleg over de d’s en t’s is populair, maar ook oefenen met het gebruik van redenen van wetenschap

In mijn sollicitatiebrief lees ik terug dat juist dát mij ontzettend aansprak in de functie. Coachen in plaats van lesgeven. Natuurlijk ‘geef ik nog les’, maar hoe en waarover? Dat doe ik op verzoek van het leerteam. Uitleg over de d’s en t’s is populair, maar ook oefenen met het gebruik van redenen van wetenschap. Om het leuk te houden, gooi ik er zo nu en dan een creatieve schrijfopdracht in. Of een quiz of een interessant taalfeitje van de Taalcanon. In ieder geval is er iemand die dat leuk en interessant vindt, namelijk ikzelf.

De titel van ‘beste docent’ zegt mij gelukkig weinig. Net als ‘de dag van de leraar’. Ik doe gewoon mijn werk en elke dag maak ik weer dingen mee die maken dat ik mijn vak allesbehalve saai vind. Elke werkdag is het voor mij de dag van de student én docent. Het leukste vind ik om te zien dat er kwartjes vallen. En dat de student door mijn begeleiding en vragen eigen initiatief op het gebied van taal neemt. De student die thuis spelling oefent met zijn schoolgaande dochter. De student die ‘voor het eerst van zijn leven’ een boek uitleest en zelfs niet meer kan stoppen met lezen. Terwijl hij dat in eerste instantie deed om zijn woordenschat te vergroten. Of dat er tips voor interessante boeken of podcasts worden uitgewisseld. Zelfs leuk vind ik dat ik, heel soms, door een student word verbeterd. Zo leer ook ik nog elke dag over taal.

Niet gevonden wat je zocht?

Deze website van de Politieacademie gebruikt cookies om de website goed te laten werken. En om het gebruik van de website te analyseren. Dit doen we volledig anoniem. Je gaat hiermee akkoord als je op ‘accepteren’ klikt. Klik je op ‘weigeren’? Dan plaatst de website deze cookies niet.

Meer informatie over het gebruik van cookies op politieacademie.nl lees je in onze cookieverklaring.