Onderwijs Het nieuwe Wetboek van Strafvordering: de grootste leeropgave ooit Geschreven op vrijdag 11 april 2025 De Tweede Kamer stemde op 1 april in met het nieuwe Wetboek van Strafvordering*. Het wetboek dat er nu is, stamt uit 1926 en is dus bijna honderd jaar oud. Met het nieuwe kan de politie straks bijvoorbeeld beter optreden tegen nieuwe vormen van criminaliteit. Zoals die via digitale kanalen. Het oude wetboek is hier niet goed voor ingericht. Met de komst van het nieuwe wetboek staat de Politieacademie voor het grootste bijscholingstraject in de geschiedenis van de politie ooit. In totaal moeten 60.000 politiemensen bijscholing krijgen, zodat zij hun werk goed kunnen blijven doen. *Het wetboek gaat nu naar de Eerste Kamer, waar in 2026 over wordt gestemd. ‘Het wetboek heeft echt vernieuwing nodig’, legt Rik de Boer uit. Hij is oud-sectorhoofd Basis Politieonderwijs (BPO). Op dit moment werkt hij als strategisch adviseur van de directie aan deze leeropgave. ‘Geen enkel artikelnummer blijft hetzelfde. De ordening wordt anders. Er worden allerlei nieuwe technologieën voor opsporing aan het wetboek toegevoegd. We zorgen ervoor dat de opleidingen van de Politieacademie worden aangepast. Dit geldt ook voor de afdeling Operationele Begeleiding en Training (OBT) van de Nationale Politie. Dit doen we samen met het landelijke programma Nieuw Wetboek van Strafvordering.’ ‘We gaan ook de bijscholing ontwikkelen. Dat gaat niet alleen over onze eigen docenten, maar ook over hoe de eenheden hun mensen gaan bijscholen. Het is een flinke opdracht waar we echt samen willen werken om het goed te doen.’ ‘Hoe meer voortgang we nu boeken, hoe minder extra druk er straks in de laatste fase komt’ Het ministerie van Justitie en Veiligheid heeft 1 april 2029 vastgesteld als datum waarop het nieuwe wetboek officieel geldig wordt. ‘Dat lijkt ver weg, maar dat is het niet echt’, legt Rik uit. ‘Er wordt nu per sector gewerkt aan een plan wat er allemaal gaat veranderen. En wat er allemaal aangepast moet worden. Dat is eind dit jaar bekend.’ ‘Docenten gaan hier in 2026 echt mee aan de slag. Veel mensen denken dat het nog lang duurt. Ze beseffen niet dat we eind 2027 al helemaal klaar moeten zijn met het lesprogramma. Dat geldt voor de Politieacademie en voor het OBT. En we moeten dan klaar zijn met de bijscholing van de docenten en instructeurs. In 2028 beginnen we dan met de bijscholing voor iedereen.’ ‘Ik wil daarom het urgentiebesef bij iedereen blijven aanwakkeren. Hoe meer voortgang we nu boeken, hoe minder extra druk er straks in die laatste fase komt.’ Rik is daarover duidelijk. ‘De politie is meer een crisisorganisatie die snel tot actie kan komen als het nodig is. Nu hebben we een stap-voor-stap aanpak nodig.’ ‘We zijn nu bijvoorbeeld aan het bepalen wat de verschillende groepen binnen de politie zijn. We zijn die doelgroepen in kaart aan het brengen. We zijn ook aan het vaststellen wie welke kennis over het huidige wetboek zou moeten hebben. Per doelgroep kiezen we dan voor een andere bijscholing. Dit gebeurt natuurlijk in overleg met de eenheden. Op basis daarvan kunnen we dan pakketten of lesblokken aanleveren die in het bestaande onderwijs vervangen moeten worden. En die gebruikt gaan worden bij de bijscholing in de eenheden.’ Kennis nieuwe wetboek versus oude wetboek ‘Er speelt meer’, legt Rik uit. ‘Vragen die ook spelen zijn: vanaf wanneer gaan we de studenten hierover lesgeven? De studenten die in 2029 afstuderen, moeten het nieuwe wetboek kennen. Tegelijkertijd geldt het oude wetboek nog als ze in de praktijk meelopen. Wat te denken van de agenten die al in de praktijk werken? Ze hebben dan nog dossiers die onder het oude wetboek vallen.’ ‘Eén van de grote opgaven? Mensen moeten kennis hebben over het nieuwe wetboek, maar werken nog met het oude wetboek. Die periode willen we zo kort mogelijk houden. Dat is ingewikkeld, want het gaat uiteindelijk om grote aantallen. Het gaat om de vraag hoe je nieuwe kennis die je niet direct gebruikt, toch beschikbaar hebt op de startdatum van het nieuwe wetboek. En hoe gaan we dit aan al die mensen aanbieden?’ ‘Via een online cursus of via een train-de-trainer-werkwijze? En hebben we inhuur nodig en zo ja, hoeveel? Dit zijn zaken waar we nu al over nadenken. Onder leiding van het landelijke programma Nieuw Wetboek van Strafvordering gaan we hier keuzes in maken.’ ‘Doel: geen voorkombare fouten maken’ ‘De leeropgave is voor mij geslaagd als we de nieuwe leerstof succesvol hebben overgedragen aan de bijscholers. En ook aan de eenheden’, vervolgt Rik. ‘En als zij er ook blij van worden. Ik vind het belangrijk dat de (eind)gebruikers het leuk vinden om met de nieuwe leerstof aan de slag te gaan.’ ‘Als politie zijn we geslaagd als we ons in 2029 en 2030 zodanig hebben geprofessionaliseerd dat we de kennis van het nieuwe wetboek goed beheersen. En dat we geen voorkombare fouten maken door gebrek aan kennis van dat nieuwe wetboek. We willen geen verdachten vrij hebben. Of verdachten die niet bestraft kunnen worden. We moeten die overgang op orde hebben en elke ‘diender’ dient zijn basiskennis voor elkaar te hebben.’ ‘Ik hoop dat het ons lukt om de komende jaren goed te benutten. Met als doel dat straks alles goed gaat.’ Wat verandert er voor de politie met het nieuwe wetboek? Een wijziging die voor de politie belangrijk is, heeft te maken met de Digitale Bevoegdheden. Het gaat hierbij om hoe om te gaan met de gegevens na inbeslagname. Dan hebben we het over een mobiele telefoon, tablet, computer of server bijvoorbeeld. Berichten die binnenkomen na het moment waarop het apparaat in beslag is genomen. Nu mag het alleen op de plek van doorzoeking worden meegenomen. Straks mag dat ook vanaf het bureau. Een in beslag genomen apparaat mag worden gebruikt om de gekoppelde cloud te doorzoeken. Dit heet netwerkzoeking. Een vingerafdruk of een opname van het gezicht of de iris. Dit mag straks gebruikt worden om toegang te krijgen tot een apparaat. Ook als de eigenaar of gebruiker dat niet wil. De afgelopen jaren hebben de betrokken partijen een test opgezet. Het ministerie van Justitie en Veiligheid, het Openbaar Ministerie en de politie werkten hieraan mee. Zo kunnen ze deze nieuwe digitale bevoegdheden testen. Deze pilot is nu gestopt. Het resultaat is dat men van plan is de bevoegdheden voor het vastleggen en inzien van gegevens na een inbeslagname, te verlengen. Totdat het nieuwe wetboek van kracht is. Hierin zullen de nieuwe bevoegdheden echt vastgelegd zijn.